Op vrijdag 28 januari bereikten de vertegenwoordigers van de politievakbonden VSOA en NSPV en minister van Binnenlandse Zaken Annelies Verlinden een tussenakkoord over een substantiële verbetering van het statuut van de ruim 48.000 politiemensen. Voor het eerst sinds de oprichting van de Geïntegreerde Politie in 2001 wordt een structurele loonsverhoging doorgevoerd, gemiddeld met 5%, en worden de loopbaanmogelijkheden en arbeidsomstandigheden verbeterd.
“Na 20 jaar stilstand, draagt dit tussenakkoord bij tot het aantrekkelijker maken van de politie. Door de loonvoorwaarden en werkomstandigheden te verbeteren, waarderen we het werk van de politie uitdrukkelijk en motiveren we alle politiemensen hun werk met veel expertise en gedrevenheid verder te zetten”, aldus minister van Binnenlandse Zaken Annelies Verlinden.
In deze snel evoluerende samenleving zijn de verwachtingen ten aanzien van de politie toegenomen. Het takenpakket van de politie is complexer geworden en de psychosociale druk op de politiemensen is verhoogd. De ervaring en deskundigheid van alle politiemedewerkers die vandaag actief zijn wordt gevaloriseerd. En daarnaast heeft de politie daarom ook nood aan nieuwe gemotiveerde kandidaten. Dit lukt door werk te maken van de aantrekkelijkheid van de politie. Daarom wordt er geïnvesteerd in de infrastructuur, alsook in de uitrusting en opleidingen van de politiemensen. Verder wordt er werk gemaakt van meer respect voor het werk van de politie en heeft minister Verlinden de ambitie om deze legislatuur jaarlijks 1.600 inspecteurs aan te werven.
Minister van Binnenlandse Zaken Annelies Verlinden heeft de voorbije tien maanden op regelmatige basis overlegd met vertegenwoordigers van de verschillende vakbondsorganisaties. Vandaag resulteert dit in een tussenakkoord, waarbij is afgesproken dat de verfijning hiervan in de komende weken verder zal worden besproken, rekening houdend met de voorstellen zoals door de vakbonden geformuleerd.
Inhoud van het akkoord
1. Loonvoorwaarden
Dankzij een financiële inspanning krijgen de medewerkers van het operationeel kader, niet in het minst deze met de laagste loonschalen, een substantiële loonsverhoging. Ook het burgerpersoneel (CALog), en in het bijzonder zij die tewerkgesteld zijn in gespecialiseerde functies, mogen rekenen op een verhoging. Aspirant-inspecteurs krijgen, op hun beurt, een netto loonsverhoging van €140 per maand.
2. Expertise behouden
De politie telt veel ervaren politiemensen, met een buitengewone staat van dienst. Hun expertise is van groot belang voor de werking van de politie en inspireert de jongere generaties. Het is niet wenselijk om deze kennis verloren te laten gaan.
Het stelsel van non-activiteit voorafgaand aan het pensioen bij de politie, dat naar aanleiding van een arrest van het Grondwettelijk Hof werd uitgewerkt, blijft een individueel recht. Alle rechthebbenden worden evenwel uitgenodigd om actief te blijven tot zij hun wettelijk pensioenleeftijd bereiken.
Daarom wordt alles in het werk gesteld om medewerkers die geen beroep doen op deze regeling de mogelijkheid te bieden om andere taken uit te voeren, en zo ook na de leeftijd van 58 jaar aan het werk te blijven. Daarvoor zullen voldoende aangepaste functies worden voorzien.
3. Welzijn op het werk
De samenleving is complexer geworden. De operationele noden op het terrein en de inzet van politie nemen toe. Wie voor een job bij de politie kiest, kiest voor een veeleisende uitdaging. Daarom zal de komende jaren verder worden ingezet op een betere work-life-balance en een flexibele loopbaan.
Timing
Vooraleer het nieuwe sectoraal akkoord in werking kan treden, zal dit tussenakkoord verder worden uitgediept en omgezet in regelgeving. Streefdatum voor de inwerkingtreding is 1 januari 2023.
Tot slot hebben de onderhandelaars zich geëngageerd voor het starten van de besprekingen over verdere kwantitatieve verbeteringen vanaf 2024.